COVID-19

COVID-19

In de video ‘Over mij’ leg ik uit dat ik een vak-specialistische verpleegkundige ben en grote waarde haal uit kennis en professioneel werken. Nu de hele wereld in de greep is van één virus, wil ik hier graag onderzoek naar doen. Hierdoor zal ik meer begrijpen over het ontstaan van COVID-19, de pathogenese, hoe er getest wordt, welke behandelingsmogelijkheden er zijn en de verpleegkundige aandachtspunten. Het laatste aspect van dit onderzoek vind ik erg belangrijk, zodat ik de geleerde theorie daadwerkelijk kan gaan toepassen in de praktijk (indien nodig) en ik in mijn handelen steeds professioneler wordt.
Door hier onderzoek naar te doen, toon in mijn houding ten opzichte van een Leven Lang Leren. Ik begrijp het belang van handelen met kennis; in de toekomst zal ik ook een literatuuronderzoek houden. Op die manier houd ik mijn kennis op pijl, toon ik verpleegkundig leiderschap en neem ik verantwoording over mijn leerproces.

De pandemie 

Er zijn er 3000 soorten virussen bekend, het corona-virus is daar eentje van. Zeven soorten corona-virussen kan de mens infecteren. Het virus waar wij mee te maken hebben, is ontstaan op een Chinese voedsel-/ vismarkt. Eind maart 2020 heeft het virus zich over de hele wereld verspreidt. Op dat moment zijn er 25.000 overledenen gemeld. (Bakker, 2020)
Het is een pandemie, omdat de epidemie zich over de hele wereld heeft verspreidt en het gepaard gaat met een groot aantal ziektegevallen. (Mckeever, 2020) 


De pathogenese

Het virus is vooral risicovol voor de oudere patiënt; van 50-55 jaar en ouder. Extra risicovol zijn de patiënten met: hart- en vaatziekten, diabetes, chronische luchtwegaandoeningen, hoge bloeddruk, kanker.
De patiënt is pre-symptomatisch al besmettelijk. De incubatietijd is 2 tot 14 dagen, gemiddeld 5-6 dagen. De besmettelijkheid is waarschijnlijk 24 uur na het verdwijnen van de koorts voorbij. Het virus verspreid zich via druppels en contact. (Aarts, 2020) 

Volgens Aarts (2020) zijn de meest voorkomende symptomen van corona:

  • Droge hoest
  • Griepachtig ziektebeeld: keelpijn, spierpijn, loopneus, diarree. 
  • Verhoogde ademfrequentie
  • Verhoogde hartfrequentie
  • Ontwikkelen van een longontsteking
  • 25% van de patiënten ontwikkeld een shock-long

Het virus komt door aan-hoesten in de mond- keelholte en komt daar in aanraking met de ring van Waldeyer, (dit is een ring van lymfatisch weefsel, achter in de keelholte, bedoeld om de infecties buiten de lager gelegen longen te houden). De ring zal actief in de afweerstand gaan, wat leidt tot keelpijn en hoesten. Het ingeademde virus komt in de slijmvliezen, daar zal het proberen om in de cilia-cellen te komen. Deze slijmvliescellen hebben de mogelijkheid om via trilhaarslag in combinatie met hoesten, het ongewenste virusdeeltje weer terug te werken naar buiten. Bij een hoge luchtweginfectie blijft de gaswisseling in de longen intact, omdat het virus de alveoli (longblaasje) nog niet heeft bereikt.
Onder normale omstandigheden kan O2 makkelijk via het alveoli naar het haarvaatje diffunderen. Een volwassen heeft een gaswisselingsoppervlak van 80-100 m2.
Als het virus in de lage luchtwegen terecht komt, zal het de longcellen infecteren. De longblaasjes zijn besmet, dus er treedt een actieve ontstekingsreactie op: roodheid, warmte, zwelling, pijn en functieverlies. Het functieverlies zit in de alveoli, als gevolg daarvan kunnen er gaswisselingsstoornissen ontstaan. Dit komt door de aanwezigheid van ontstekingsvocht. Zuurstof kan slecht door vocht diffunderen. Er ligt een film van vocht over het gaswisselingsoppervlak van de alveoli, met hypoxemie als gevolg. Bij COVID-19 ontstaat er een ontsteking van de hele long, in tegenstelling tot een bacteriële infectie die zich vaak voordoet in een gedeelte, bijvoorbeeld een longkwab. COVID-19 is dus een dubbelzijdige pneumonie. Dit is al erg, maar kan nog erger worden; als het ontwikkeld tot een ARDS. Dit is een shocklong, ontwikkeld door een hyperactieve ontstekingsreactie; de cytokine-storm
.

De t-cellen, een soort lymfocyten, gaan zich hechten aan het endotheel van de bloedvaatjes in de longen. Dit endotheel heeft de taak om cytokinen en ander ontstekingsmediatoren uit te scheiden die van belang zijn voor de verdere ontstekingsreactie. Dit is een normale fysiologische reactie. 
Als de reactie overactief is ontstaat de cytokine-storm, dit zorgt voor een capillair-lek van de longvaatjes. Hierdoor lekt er nog meer vocht uit de capillairen met eiwitten in de alveoli’s. Hierdoor ontstaat er multi-organ failure, met zeer slechte gasstofwisseling. Het is een zeer kritiek moment, de patiënt dreigt te verdrinken in zijn eigen vocht. Zie figuur 1.
(Bakker, 2020)

 

Figuur 1 (Bakker, 2020)


Testen

COVID-19 kan worden aangetoond met laboratoriumonderzoek. Het virus is beter aan te tonen met een neuswat (nasofarynx) dan met een keelwat (orofarynx), maar het beste is om beide af te nemen. Er zijn namelijk ook patiënten bij wie maar één van de twee monsters het virus aantoont.
De coronatest is niet 100% waterdicht: een negatieve testuitslag sluit infectie niet volledig uit. Heeft de patiënt wel een hoge verdenking op COVID-19, maar is de uitslag van de test negatief, dan is het goed de test daarna te herhalen. De kans dat een patiënt corona positief is en negatief wordt getest is 33%. (Aarts, 2020)

Aanvullend op de laboratoriumtest kan de arts besluiten om een CT-scan en/of een thoraxfoto te maken. De grote meerderheid van de patiënten die zich met COVID-klachten in het ziekenhuis melden, heeft afwijkingen op de CT-scan. In het beginstadium kunnen de CT-scan en de thoraxfoto er bij COVID-patiënten echter normaal uitzien. (Aarts, 2020)

Behandeling

Er is op dit moment geen bewezen behandeling van COVID-19. Symptomen kunnen wel verminderd worden, zodat het immuunsysteem de tijd krijgt om het virus te bestrijden. Het belangrijkste onderdeel van de behandeling is zuurstoftherapie. De patiënten die worden geïntubeerd en beademd liggen op hun buik, omdat de longblaasjes zich beter kunnen openen als de long in de thorax hangt. De beademing wordt gedaan met hoge drukken, zodat de zuurstof door de alveoliwanden heen wordt gedwongen. (Aarts, 2020) Er is een grote kans op longschade door de hoge beademingsdrukken: barotrauma, oftewel een honingraadlong. Ook kan er pulmonale hypertensie ontstaan. Obesitas patiënten hebben grotere kans op respiratoire complicaties ten gevolge van de slechtere thoraxcompliantie. (Bakker, 2020)

Daarnaast krijgt de patiënt eventueel intraveneus vocht als hij dreigt uit te drogen bij aanhoudende koorts.
 Ook krijgen patiënten breedspectrum antibiotica. Antibiotica helpen weliswaar niet tegen het coronavirus, maar worden preventief ingezet tegen eventuele bacteriële superinfecties. (Bakker, 2020)

Medicatie die ingezet wordt (Bakker, 2020): 

  • Hydroxy– en chloroquine: beide zijn oude malariamiddelen. In geval van een hyperreactie van het afweersysteem en ARDS kan het worden ingezet om het afweersysteem tijdelijk te onderdrukken. Het middel heeft een ontstekingsremmende werking. Daarnaast bijwerkingen als: hartritmestoornissen, hypoglykemie, psychische klachten.  
  • Remdesivir: intraveneus antiviraal middel. Kan de concentratie van het coronavirus verlagen. Of het middel effectief en veilig is bij patiënten is nog niet bekend.  
  • Corticosteroïden: kan worden ingezet om schade aan het immuunsysteem te voorkomen. Er is besloten om ze echter niet in te zetten, alleen als er een goede indicatie voor is zoals: exacerbatie van COPD. 
  • NSAID’s: of ze schadelijk zijn voor patiënten met COVID is niet duidelijk. Ze worden nu ingezet om koorts en pijn te verlagen.  
  • ACE-remmers: RAAS-remmers zouden COVID kunnen verergeren. Tot op heden is daar geen goed bewijs voor, dus mogen patiënten die ze nodig hebben ze blijven slikken.  

Er bestaat echter nog geen wetenschappelijk bewijs voor de werkzaamheid van deze stoffen en ten dele zijn de bijwerkingen onbekend.  

 

Klinisch redeneren bij COVID-19

Patiënten met Covid-19 kunnen ineens erg achteruit gaan in hun gezondheid. De longontsteking kan verergeren, er kan een shocklong ontstaan, een longembolie vormen of hypoxemie optreden (Bakker, 2020).

In geval van een acute situatie kan dit afgelopen worden aan de hand van de EWS-score (“Verpleegkunde: EWS-score”, 2017)
De belangrijkste parameters bij deze patiënten zijn: saturatie, ademhalingsfrequentie, ademgeluid, bloeddruk. In het bloed zijn de belangrijkste gegevens de bloedgassen, infectieparameters, natrium en kalium, nierfuncties, d-dimeer.

Verpleegkundigen moeten naast deze observaties ook letten op: 

  • Intake: de behoefte is verhoogd doordat het lichaam hard bezig is, maar door de benauwdheid hebben patiënten geen eetlust.  
  • Mobiliteit: de patiënten zijn snel benauwd en tot weinig in staat.  
  • Psychosociale ondersteuning: de patiënten liggen de hele dag in isolatiekamers en hebben alleen contact met de verpleegkundigen.  

(Aarts, 2020)

 

Bewijs

Naam student: Anne Kamerling
Studentennummer: 0951723
Datum workshop: 20-5-2020
Tijdstip: De gehele dag
Plaats: Leerdam
Naam instelling: –
Naam en contactgegevens contactpersoon: –

Beschrijving workshop: Het doen van een online literatuuronderzoek in combinatie met verschillende e-learnings, vergroot mijn kennis over het huidige virus wat de wereld in zijn greep houdt.

Vooraf gestelde gezamenlijke leerdoelen van de workshop: Door het volgen van de E-learning wordt mijn kennis over COVID-19 vergroot.

Mijn vooraf gestelde persoonlijke leerdoelen voor deelname deze workshop: Na het uitvoeren en volgen van de literatuurstudie en verschillende e-learnings heb ik kennis van COVID-19 en weet ik hoe ik kan/ moet handelen in vergelijkbare beschreven situaties.

Mijn leereffect door deelname aan deze workshop/ externe activiteit was (zo mogelijk in relatie tot CanMEDS-rollen, uit Beroepsprofiel verpleegkundige (V&V, 2012)): Een eigenschap van mij is onderzoeken. Daarnaast wil ik weten hoe ik moet handelen en waarom. Door het uitvoeren van deze studie, is mijn kennis vergroot. Ik heb een goed beeld van wat de ziekte inhoudt, welke symptomen erbij horen, wat de behandeling is, etc. Daarnaast weet ik waar ik systemen, meetinstrumenten en websites kan vinden over COVID-19. Ook weet ik welke interventies ik kan uitvoeren en welke observaties belangrijk zijn bij deze patiënten. (competentie 7, 8, 10, 14).

Ik toon verpleegkundig leiderschap in mijn ontwikkeling als leerling verpleegkundige door het uitvoeren van deze studie. (Competentie 11)

Literatuur

Aarts, F. (2020, 30 april). Nursing Challenge: Covid-19. Geraadpleegd op 1 mei 2020, van https://www.nursing.nl/magazine-artikelen/nursing-challenge-covid-19/

Bakker, M. (2020, 1 april). COVID 19 KR met ABCDE [Vlogbericht]. Geraadpleegd op 1 mei 2020, van  https://www.youtube.com/watch?v=WaFii-BkiQ4&feature=youtu.be

Mckeever, A. (2020, 12 maart). Uitbraak coronavirus is nu officieel een pandemie. Waarom is dat belangrijk?. Geraadpleegd op 15 mei 2020, van https://www.nationalgeographic.nl/wetenschap/2020/03/waarom-de-uitbraak-van-covid-19-een-pandemie-kan-worden

Verpleegkunde: EWS-score – Early Warning System(2017). Ontleend aan https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/diversen/184941-verpleegkunde-ews-score-early-warning-system.html 

Volgende blog
1. Een dag in de toekomst
Menu